
In de trein van Pisa naar Florence zit ik op een gereserveerde plaats in een tjokvolle eersteklascoupé. Tegenover mij zit een Amerikaans stel. Ze hebben niet alleen hun veel te grote koffers midden in het gangpad gezet, ze praten ook nog eens luidruchtig met elkaar. Ik wijs ze op een sticker van een half gezicht met een vinger voor de mond. Area Silenzio, staat eronder. De man knikt meewarig en zet het gesprek met zijn vriendin op fluistertoon voort.
Woede borrelt bij me op. Wat kan ik doen? Ze nog een keer aanspreken? Daar verwacht ik niets van. Mijn medepassagiers storen zich er niet aan. Zelf oortjes in doen, en naar muziek luisteren? De boosheid zit me zo dwars, dat ik daar niet aan wil. Zíj zitten fout, zíj verstoren mijn rust. Zíj zouden zich stil moeten houden.
Transformatie
Met veel misbaar haal ik een boek uit mijn tas dat ik eerder op deze reis kocht. Titel: Transformer votre colère en énergie positive, hoe je je woede in een positieve kracht omzet. Ik kocht het omdat ik steeds vaker cliënten krijg, die zich slachtoffer voelen van woede. Soms omdat ze regelmatig boos worden op collega’s, en – steeds vaker – omdat collega’s klagen over hun woede-uitbarstingen.
Wat is dat dan die woede? En hoe ga je er goed mee om? Uit een test in het boek maak ik op dat ik hoor tot het type dat haar woede onderdrukt. Geremde boosheid heet dat. De meest kwalijke vorm van boosheid volgens het boek. Het kan leiden tot absenteïsme, ziekteverzuim, verminderde productiviteit en pestgedrag. Sommigen vervallen tot depressiviteit, anderen krijgen last van hart- en vaatziekten. Zoals ik onlangs zag, kan het de opmaat vormen naar burn-out. Tja, logisch, je stresshormonen blijven voortdurend hoog.
Daar moet je dus iets aan doen. Maar wat? Goed, ik ben gaan lezen, en dat helpt een beetje. Maar dat gefluister tegenover me blijft door mijn hoofd denderen. Wat moet ik doen volgens mijn boek? Allereerst: erkennen dat ik boos ben. Het is een reactie op een prikkel en een signaal van wat belangrijk voor me is. Stilte! – in mijn geval. Of misschien beter: dat anderen rekening met me houden. Ik wil supergraag dat mensen zich houden aan de regels. Maar, zoals ook in het boek staat: er zit soms een discrepantie tussen verwachtingen en realiteit. En anderen veranderen lukt je meestal niet. Je hebt geen invloed op de prikkel, maar op hoe je ermee omgaat.
Acceptatie
Vervolgens zou ik me moeten afvragen wat mijn doel is, en hoe ik dat, in de gegeven situatie, het best kan bereiken. In deze volle trein wil ik rust. Hoe bereik ik dat? Eigenlijk heel simpel, door de realiteit te accepteren en wel die oortjes in te doen en naar muziek of een podcast te luisteren.
Afhankelijk van de omstandigheden zijn er meer, en soms betere, middelen om goed je boosheid te transformeren, zoals: oefenen in het loslaten van excessieve boosheid door ademhalingsoefeningen of door mindfulness. En je meer assertief opstellen. Dat doe je door de situatie objectief te beschrijven, te zeggen wat voor een gevoel het bij je oproept, wat het gevolg is en wat je zou willen dat er gebeurt. In sommige gevallen – denk aan onrecht – is het goed om anderen bij je boosheid te betrekken en constructief actie te voeren tegen een misstand. Gebruik je boosheid om te ontdekken wat belangrijk voor je is en richt je op waar je invloed op hebt.
